CirCoVa: CIRculair watergebruik en COncentraat VALorisatie

Waarom dit project? 

Bedrijven die inzetten op waterhergebruik versterken hun veerkracht in tijden van droogte en dragen bij aan een duurzaam waterbeheer. Door daarnaast ook in te zetten op valorisatie van concentraatstromen zet het CirCoVa project een belangrijke stap richting circulaire economie. 

Dit project versterkt de concurrentiepositie van bedrijven en reikt daarvoor alle informatie, methodes en contacten aan zodat bedrijven een volledig stappenplan kunnen uitwerken: van doorrekenen van het waterhergebruik tot concrete oplossingen om de problematische concentratie aan chloride en fosfaat in looswater te verwijderen.

Onderzoeksaanpak en verwachte resultaten

In dit COOCK+ project wordt ingezet op de verwijdering van de twee meest voorkomende probleemcomponenten uit concentraatstromen van voedingsbedrijven, chloride en fosfor, met de bedoeling om meer afvalwater te kunnen hergebruiken. Concreet worden de volgende stappen doorlopen: 

1. Inzicht bekomen in de samenstelling van de concentraatstromen binnen de voedingssector en het potentieel tot waterhergebruik
   Er zullen analyses worden uitgevoerd op de concentraatstromen uit de sectoren zuivel, vlees, groenten, aardappelen, dranken en andere. Het doel is om inzicht te krijgen in de reële samenstelling, de herkomst van bepaalde stoffen zoals chloride en fosfor en om een inschatting te kunnen maken van het maximaal potentieel aan waterhergebruik.
2. Chloorverwijdering door elektrodialyse 
   Via labotesten bij verschillende bedrijven en vervolgens een piloottest bij één voedingsbedrijf, zal worden verkend in hoeverre elektrodialyse met bipolaire membranen (BMED) geschikt is voor de selectieve verwijdering van chloride uit het concentraat. Deze BMED-technologie genereert een zuur en base waarvoor zal worden onderzocht of deze producten gevaloriseerd kunnen worden binnen het bedrijf.
3. Fosforverwijdering door adsorptie 
   Via labotesten bij verschillende bedrijven en vervolgens een piloottest bij één voedingsbedrijf zal fosfor selectief worden verwijderd uit het concentraat middels adsorptie. Verzadigde adsorbentia zullen worden gedesorbeerd om het adsorbens te hergebruiken en de pistes voor valorisatie van het fosfor te onderzoeken.
4. Economische analyse en duurzaamheidsanalyse 
   Voor beide technieken zullen de CAPEX- en OPEX-kosten in kaart worden gebracht en zal de verhoogde water recovery met doorgedreven behandeling van het concentraat worden vergeleken met de business as usual. Simultaan zal de duurzaamheid van de technologieën worden onderzocht.
5. Verspreiding van kennis en implementatie inzichten 
   Tijdens het project delen we de verzamelde kennis en inzichten op ruime schaal met de deelnemende bedrijven. Dit omvat zowel technische richtlijnen, wetenschappelijke resultaten, als praktijkgerichte adviezen over waterhergebruik en de behandeling van concentraatstromen.    

Doelgroep

Het project richt zich op Vlaamse voedingsbedrijven die water willen hergebruiken. De resultaten zijn vooral relevant voor sectoren met intensief watergebruik zoals aardappelen, groenten, zuivel, vleesverwerking en dranken. 

De meeste KMO’s in de voeding besteden hun watermanagement uit. Deze voedingsbedrijven rekenen op de expertise en dienstverlening van watertechnologiebedrijven (bijvoorbeeld via water-as-a-service). Om die reden zijn deze technologieaanbieders ook een belangrijke doelgroep voor dit project.

Projectpartners

Flanders’ FOOD beheert en coördineert het project. De uitvoering is in samenwerking met: 

• UGent onder leiding van Marjolein Vanoppen marjolein.vanoppen@ugent.be
• VITO onder leiding van Sofie Van Ermen sofie.vanermen@vito.be en Charlotte Boeckaert charlotte.boeckaert@vito.be
• KWR onder leiding van Luuk De Waal Luuk.de.Waal@kwrwater.nl
• Fevia met de expertise van Liesje De Schamphelaire lds@fevia.be

Deelnemen? 

​​Om de projectresultaten zo relevant mogelijk te maken voor de voedingsindustrie, wordt binnen dit project een begeleidingsgroep samengesteld met vertegenwoordigers van voedingsbedrijven en technologieaanbieders.

​Wat houdt deelname aan de begeleidingsgroep in? Tweemaal per jaar komt de groep fysiek samen om de nieuwste projectresultaten te delen en input te leveren voor het verdere onderzoek. In totaal zijn er zes fysieke bijeenkomsten verspreid over drie jaar. Tijdens deze vergaderingen kun je actief bijdragen aan de richting van het onderzoek, bijvoorbeeld door mee te beslissen over de keuze van oplossingen die gedemonstreerd worden op labo- en pilootschaal.​ 

Deelnameprijs en voorwaarden

Deelnemen aan dit COOCK+ project kan na lidmaatschap bij Flanders’ FOOD en/of Fevia en een jaarlijkse projectbijdrage van € 1.500 voor een Kleine Onderneming, € 3.500 voor een Middelgrote Onderneming en € 7.500 voor een Grote Onderneming. Bij intrede in een latere fase van het project wordt projectbijdrage en lidmaatschap Flanders’ FOOD met terugwerkende kracht aangerekend.