The worst nightmare van een voedingsfabriek. Niemand wil dat mensen ziek worden of zelfs sterven na het eten van besmette producten. Helaas het risico bestaat.
Met het Europese Rapid Alert System for Food and Feed (RASFF) up and running proberen we allemaal samen de uitbraken te vermijden. (link)
Wanneer een producent van verwerkte producten zelf pathogene micro-organismen vaststelt, moet hij de producten onmiddellijk blokkeren indien deze nog op het bedrijf aanwezig zijn. Als het gecontamineerde product het bedrijf al verlaten heeft moet het FAVV in België verwittigd worden. De producent moet dan het product onmiddellijk uit de handel nemen en zijn klanten verwittigen dat het niet meer verkocht mag worden of, als het al bij de consument is geraakt en een gezondheidsrisico inhoudt, het product terugroepen (recall) en via een persbericht de verbruikers inlichten. (link)
Door steeds meer gedetailleerde wet- en regelgeving en toegenomen aandacht voor gezondheid en veiligheid, neemt in alle EU-lidstaten het aantal terugroepingen voortdurend en significant toe. (link)
Maar er bestaat altijd een kans dat pathogene micro-organismen in de voedselketen terecht komen. Iedereen herinnert zich de Duitse EHEC-uitbraak nog. Het is spijtig genoeg de dodelijkste in de Europese geschiedenis. 53 mensen stierven en bijna 4.000 werden ziek.
Voor België werden via het RASFF de laatste 10 jaar 365 notificaties opgenomen met pathogene micro-organismen in voeding voornamelijk met Listeria monocytogenes, Salmonella spp. en E. coli. (link)
Dit trio werd op de eerste brainstorm van het platform Kwaliteit ook als voornaamste boosdoeners bestempeld door de Vlaamse voedingsbedrijven.
Verzekering
Daarom is het van essentieel belang dat bedrijven hun reputatie en balans beschermen tegen de mogelijke gevolgen van een productrecall. Dit kan via een plan of het nemen van een productcontaminatieverzekering bij verzekeraars zoals ACE, AIG en HDI. Een verzekeraar schat in dat in België 15% en in Nederland 20% van de bedrijven afgedekt is met een productcontaminatie- of recallverzekering. Voornamelijk middelgrote bedrijven met een omzet tussen de 20 en 100 miljoen euro laten zich verzekeren.
Verzekeraars categoriseren de kosten van een recall onder drie verschillende schadecomponenten die op hun beurt verder opgesplitst kunnen worden:
- Directe kosten: gemiddeld 20% van de totale schade
- kosten voor bekendmaking (media en PR)
- logistieke kosten van de terugroepactie zoals transport en opslag producten
- Verlies aan waarde van gecontamineerde of teruggeroepen producten: gemiddeld 30% van de totale schade
- Bedrijfsschade (verlies van brutowinst door omzetverlies): gemiddeld 50% van de totale schade:
- verminderd vertrouwen consument en/of wegvallen belangrijke afnemers
- (tijdelijk) stilliggen van de productie
Een internationale recallconsultant schat de gemiddelde schadelast per incident op ruim een half miljoen euro. Bij de relatief kleinere recalls bestaat de financiële schadelast vooral uit de directe kosten en de vervangingskosten. Bij grote recalls is er doorgaans een relatief grote bedrijfsschade aanwezig, en kan de schade oplopen tot tientallen miljoenen.
Een voorbeeld uit Nederland
In 2012 stierven 4 mensen na een Salmonella-uitbraak en werden zo’n 20.000 mensen ziek door het consumeren van met Salmonella besmette zalm van het Nederlandse bedrijf Foppen. Door deze besmetting werd de zalm van dit bedrijf teruggeroepen uit meer dan 20 winkelketens waaronder Aldi, Albert Heijn en Spar. Foppen haalde zelf 100.000 verpakkingen uit de markt en ontving circa 5.000 brieven van klanten die zalmproducten hadden gekocht. Ook via de telefoon kwamen er duizenden reacties binnen bij het bedrijf. De productie van de Griekse vestiging werd noodgedwongen stilgelegd tot de oorzaak gevonden werd. Ook de verkoop van gerookte zalm kende gedurende 5 weken een forse daling. Uit cijfers van onderzoeksbureau Nielsen bleek dat de zalm-omzet dat jaar met €10 miljoen was ingezakt door de Foppen-affaire.
Bovenstaand voorbeeld illustreert dat een recall enorme economische schade kan berokkenen. Kosten situeren zich op het vlak van de recall zelf, maar dikwijls ook op het vlak van imagoschade en de acties die ondernomen moeten worden om het vertrouwen te herstellen.
Zo gaf het Britse Cadbury na de recall van een miljoen chocoladerepen bijna €7,5 miljoen uit aan een reclamecampagne om het vertrouwen in het merk te herstellen. De fabrikant raamt de totale schade op 45 miljoen euro.