Oude graansoorten zoals eenkoorn, emmer en spelt winnen opnieuw aan belangstelling. Hun robuustheid, diversiteit en link met regeneratieve landbouw maken ze interessant voor een duurzamer voedselsysteem. We duiken in de wetenschappelijke inzichten en verkennen hun potentieel binnen de graanketen van morgen.
Oude graansoorten, zoals eenkoorn (Triticum monococcum), emmer (T. dicoccum), spelt (T. spelta) en khorasan (T. turanicum), behoren tot de voorouders van de moderne tarwe en werden wereldwijd geteeld. Het gaat vaak om zogenaamde landrassen: traditionele gewasvariëteiten die zich over generaties heen spontaan hebben aangepast aan lokale groeiomstandigheden, en die gekenmerkt worden door een grote genetische diversiteit.
Door de opkomst van hoogproductieve rassen zijn veel oude graangewassen uit de gangbare landbouw verdrongen, aangezien ze niet voldeden aan de selectiecriteria voor moderne tarwe, zoals opbrengst per hectare en eiwitgehalte. Vandaag de dag zien we echter een hernieuwde interesse in deze oude granen, zowel vanwege de vraag van consumenten naar authentieke en voedzame producten als vanwege de zoektocht naar robuuste, weerbare teelten in de landbouw.
In dit artikel belichten we de meerwaarde van oude granen en verkennen we hun potentieel binnen een duurzamer en veerkrachtiger landbouw- en voedingssysteem.
Biodiversiteit en heterogene teelten
Om een ras te mogen inschrijven op de Europese rassenlijst moet het voldoen aan drie criteria: Distinctness, Uniformity en Stability (DUS). In de praktijk wordt de “U” steeds vaker geïnterpreteerd als een noodzaak tot genetische uniformiteit. Dit sluit nauw aan bij de verwachtingen van industriële verwerkers van bier, brood of veevoeder, die jaar na jaar streven naar exact dezelfde producteigenschappen, zoals een identiek eiwitgehalte. Deze standaardisering is essentieel voor hun wereldwijde productieprocessen, maar beperkt tegelijkertijd de ruimte voor variatie in de grondstoffen. Door de klimaatverandering wordt het echter steeds moeilijker om graan te telen dat consistent aan die uniforme kwaliteitscriteria voldoet. Deze realiteit zet de deur op een kier voor genetisch diversere, klimaatbestendigere graansoorten. Binnen agro-ecologische landbouwsystemen groeit dan ook de interesse in heterogene variëteiten, die binnen één perceel genetisch van elkaar verschillen en daardoor beter bestand zijn tegen klimaatfluctuaties.
Toch brengen dergelijke mengteelten ook uitdagingen met zich mee, met name op vlak van onregelmatige afrijping, wat een efficiënte oogst met conventionele technieken bemoeilijkt. De industriële vraag naar uniforme graanpartijen heeft dan ook decennialang de teelt van deze mengteelten ontmoedigd. Innovatie in alternatieve oogsttechnieken kan hier het verschil maken. Dit verlaagt de drempel voor landbouwers om opnieuw aan de slag te gaan met landrassen.
Door het systematisch opnemen van oude, genetisch diverse graanvariëteiten in de gewasrotatie, met respect voor agro-ecologische principes, wordt niet alleen de agro-biodiversiteit versterkt, maar bouwen we ook aan een veerkrachtiger ecosysteem dat beter bestand is tegen toekomstige uitdagingen [1].
Regeneratieve landbouw
Oude granen zijn minder veredeld op maximale opbrengst. Hierdoor beschikken ze dikwijls over robuuste eigenschappen zoals diepe wortelgroei, ziektetolerantie en aanpassingsvermogen aan lokale omstandigheden. Dat maakt hen meer geschikt voor teeltsystemen die chemische inputs, ploegen en zware bodembewerking vermijden. Technieken zoals niet-kerende bodembewerking en directzaai bevorderen de bodemecologie en sluiten goed aan bij regeneratieve principes.
Een illustratief voorbeeld is de Bonfils-methode, waarbij graan wordt ingezaaid onder een levende bodembedekker zoals witte klaver. Deze combinatie vormt een ecologisch robuust teeltsysteem: de beperkte stikstofbehoefte van oude granen wordt aangevuld door de natuurlijke stikstoflevering van de klaver. Dit verlaagt de nood aan externe inputs, versterkt de bodemgezondheid en verhoogt de veerkracht van het systeem [2].
Studies tonen bovendien aan dat oude graanrassen efficiënt omgaan met beschikbare nutriënten en goed presteren bij lage stikstofbeschikbaarheid, wat hen extra geschikt maakt voor extensieve teeltomstandigheden [2,3, 4].
Het GraanWaardig (EIP samenwerking) project beoogt de verdere uitbouw van een lopend samenwerkingsverband tussen actieve landbouwers en een bakker rond oude granen om zo heel de keten van landbouwer, molenaar tot bakker te betrekken in het bevorderen van de transitie naar een duurzamer landbouwsysteem.
Oude granen en carbon farming
Sinds 2023 is er nieuwe Europese regelgeving ingevoerd die de uitreiking van koolstofcertificaten regelt, met als doel de koolstofopslag te bevorderen en/of de emissie van koolstof te reduceren in de landbouw. In Vlaanderen heeft Minister van Landbouw Jo Brouns aangekondigd jaarlijks 25 miljoen euro ter beschikking te stellen voor directe steun aan initiatieven die bijdragen aan koolstofopslag in de bodem.
Hoewel er momenteel geen eenduidig wetenschappelijk bewijs is dat oude graansoorten op zichzelf meer koolstof opslaan dan moderne rassen, wijzen verschillende studies op de mogelijkheid dat bepaalde eigenschappen van oude graansoorten bijdragen aan een verhoogde koolstofvastlegging [5,6]. Oude graansoorten vertonen vaak een sterker ontwikkelde vegetatieve groei, met langere halmen, diepere wortelstelsels en dus meer biomassa boven- en ondergronds. Deze eigenschappen kunnen mogelijk leiden tot een verhoogde koolstofopslag in de bodem, zowel door wortelafscheidingen als door de ophoping van gewasresten zoals stro [5,6].
De rol van oude graansoorten in carbon farming vraagt om verder onderzoek om de mechanismen van koolstofopslag en de effecten van regeneratieve landbouwsystemen op de bodemkoolstofbalans beter te begrijpen.
Nutritionele meerwaarde
De meeste huidige tarwesoorten zijn het resultaat van kruisingen die in de afgelopen 100 tot 150 jaar werden ontwikkeld, met de nadruk op opbrengstpotentie en technologische functionaliteit, zoals bakprestaties. De nutritionele waarde kreeg daarbij vaak minder aandacht [7,8]. De voorbije tien jaar is er echter hernieuwde belangstelling voor oude graanvariëteiten, mede vanwege hun potentiële gezondheidsvoordelen.
Sommige studies suggereren dat oude graansoorten zoals eenkoorn, emmer en spelt mogelijk hogere gehaltes bevatten aan lipiden (voornamelijk onverzadigde vetzuren), oplosbare vezels, mineralen, vitaminen en fytonutriënten, die vooral geconcentreerd zijn in de buitenste lagen van de graankorrel [7, 9, 10]. Ook het eiwitgehalte lijkt hoger, en het gluten in oude variëteiten zou makkelijker verteerbaar kunnen zijn dan dat in moderne tarwe [9, 11].
Hoewel algemeen erkend wordt dat volkorenproducten nutritioneel waardevoller zijn dan geraffineerde granen [12,13], ontbreekt nog voldoende wetenschappelijk bewijs om te concluderen dat oude graansoorten significant beter verteerbaar zijn of een hogere nutritionele waarde bieden. In de praktijk geven sommige consumenten aan dat brood op basis van oude granen beter verdraagbaar is, maar dit blijft moeilijk te objectiveren, gezien het effect van factoren zoals fermentatieduur, bakproces en individuele gevoeligheden. Verdere wetenschappelijke studies zijn nodig om zowel de gezondheidseffecten als de techno-functionele eigenschappen van deze granen in broodproducten grondig te evalueren en te onderbouwen [9,11].
Of oude graansoorten mogelijk relevant zijn voor de ontwikkeling van voedzamere en beter verteerbare broodsoorten voor bepaalde doelgroepen, wordt onderzocht binnen het TargetDigest (type ICON) project.
Oude graansoorten in diverse sectoren
Niet alleen de bakkerijsector, maar ook de mouterij- en brouwerijsector grijpen steeds vaker terug naar oude graansoorten. Zo ontstaat er hernieuwde belangstelling voor oude gerstvariëteiten die opnieuw op Belgische akkers worden geteeld. Momenteel wordt meer dan 97% van de brouwgerst en meer dan 90% van het bakgraan in België geïmporteerd [14, 15, 16].
Het herintroduceren van lokale graanrassen biedt niet alleen kansen voor het herstel van agro-biodiversiteit en een verhoogde zelfvoorzieningsgraad van de Belgische graansector, maar ook om unieke brouwgersten en bakgranen opnieuw te herontdekken.
In TRADICER (type cSBO) wordt onderzocht hoe traditionele landrassen door middel van kostenefficiënte, hedendaagse technieken en nieuwe fermentatiestrategieën kunnen worden ingezet voor de productie van zuurdesembroden en nieuwe zure bieren met authentieke smaken.
Conclusie: Technologie als hefboom voor herintroductie
De herwaardering van oude graansoorten is meer dan een nostalgische trend; het vertegenwoordigt een strategische stap richting een robuuster en veerkrachtiger landbouwsysteem. Door deze rassen te integreren in regeneratieve teeltpraktijken, wordt niet alleen de biodiversiteit bevorderd, maar ook de bodemgezondheid versterkt en de ecologische impact verminderd.
Oude graansoorten, die vroeger vaak werden opgegeven vanwege te lage opbrengsten of inconsistentie in kwaliteit, kunnen vandaag de dag opnieuw in waarde worden hersteld door gebruik te maken van moderne technologie. Verschillende lopende onderzoeksprojecten verkennen hoe oude variëteiten kunnen worden gecombineerd met de technologische vooruitgang op vlak van graanverwerking die we inmiddels hebben bereikt. Door technologie en traditie te combineren, ontstaat een vernieuwd perspectief waarin ambacht en innovatie elkaar versterken.
De herwaardering van oude granen biedt dus kansen: niet door een eenvoudige terugkeer naar het verleden, maar door traditie te combineren met de technologische inzichten van vandaag en morgen.
Bronnen
- Lightfouse, E., Navarrete, M., Debaeke, P., Véronique, S., & Alberola, C. (2009). Agronomy for sustainable agriculture: A review. Agronomy for Sustainable Development, 29(1), 1–6.
- Thorsted, M. D., Olesen, J. E., & Weiner, J. (2006). Mechanical control of clover improves nitrogen supply and growth of wheat in winter wheat/white clover intercropping. European Journal of Agronomy, 24
- Morris, C. E., & Sands, D. C. (2006). The breeder’s dilemma—Yield or nutrition? Agricultural Systems, 88(2–3), 95–104.
- Schiere, H., & Bouwman, A. F. (2010). Low-input sustainable farming and nitrogen efficiency in ancient wheat species. Field Crops Research, 115(2), 104–111.
- Kell, D. B. (2011). Breeding crop plants with deep roots: A new perspective for carbon sequestration. Annals of Botany, 108(3), 407–418.
- Poeplau, C., & Don, A. (2015). Carbon sequestration in agricultural soils via cultivation of cover crops: A meta-analysis. Agriculture, Ecosystems & Environment, 200, 33–41.
- Adom, K. K., Sorrells, M. E., & Liu, R. H. (2003). Phytochemical profiles and antioxidant activity of wheat varieties. Journal of Agricultural and Food Chemistry, 51(26), 7825–7834.
- Serpen, A., Gökmen, V., Karagöz, Z. A., & Köksel, H. (2008). An evaluation of rheological properties of wheat flours using different instruments. Cereal Chemistry, 85(6), 573–581.
- Valli, V., et al. (2018). Health benefits of ancient grains: Comparison among breads made with ancient, heritage and modern grain flours in human cultured cells. Food Research International, 108, 760–770.
- Di Giacomo, R., et al. (2020). Mineral composition and nutritional quality of ancient wheat varieties. Journal of Cereal Science, 92, Article 102903.
- Brouns, F., et al. (2020). Comparative study of inflammation and antioxidant properties in ancient vs. modern wheat products. Food Research International, 132, 109000.
- Poutanen, K., et al. (2008). Dietary fibre, whole grains and risk of chronic diseases. Critical Reviews in Food Science and Nutrition, 48(7), 727–739.
- Slavin, J. (2003). Whole grains and human health. Nutrition Research Reviews, 16(1), 99–110.
- Belgomalt. (2025). De Belgische mouterijsector. Geraadpleegd op 22 april 2025, van https://www.belgomalt.be/nl/sector/belgische-mouterij
- Brouwland. (2025). Informatie over gerstimport voor de mouterijsector. Geraadpleegd op 22 april 2025, van https://www.brouwland.com/nl/nieuws/gerst-import
- Brood en Gezondheid. (2025). Waar komt het graan vandaan dat gebruikt wordt voor ons brood? Geraadpleegd op 22 april 2025, van https://www.broodengezondheid.be/faq/ingredienten-in-brood/waar-komt-het-graan-vandaan-dat-gebruikt-wordt-voor-ons-brood