Heb je dit weekend misschien vogels zitten tellen? Of ga je binnenkort een sensor in je tuin plaatsen? Je bent echt niet de enige! De afgelopen tijd komt onderzoek met en door burgers steeds meer naar voor. Een overzicht van de verschillende mogelijkheden.
Zoals Stephen Hawking zou zeggen: “Ik ben gewoon een kind dat nooit ouder wordt. Ik blijf nog steeds vragen over het ‘hoe’ en ‘waarom’. Af en toe vind ik een antwoord.” Wetenschap is inderdaad de zoektocht naar het ‘hoe’ en ‘waarom’. En populairder dan ooit. Denk maar aan het toenemend succes van de ‘Dag van de wetenschap’. Hierdoor prikkelt het dan ook meer en meer om zelf op een toegankelijke manier aan onderzoek te kunnen doen.
Het is dan ook niet verbazend dat ‘citizen science’ of burgerwetenschap wint aan populariteit. Zo was ‘Curieuzeneuzen’ zo’n groot succes dat de onderzoekers deelnemers hebben moeten weigeren en krijgt het Antwerps ‘AIRbezen’-project nu een Europees jasje. Ook de onderzoekers zelf merken dat dit soort onderzoek heel wat voordelen kan hebben; zoals het verzamelen van enorme hoeveelheden data of het inschakelen van vele handen om het onderzoek te doen.
Burgerwetenschap kent veel verschillende vormen afhankelijk van in welk thema dit zich afspeelt en hoeveel ‘macht’ de burger krijgt in dit onderzoek.
De burger is teller-verzamelaar
De meeste onderzoeksprojecten waarin de burger wordt betrokken zijn crowdsource projecten. In deze projecten worden de geïnteresseerden voornamelijk betrokken bij de verzameling van primaire data en gegevens, die de onderzoekers niet alleen – of heel moeilijk – konden genereren. Dit zijn voornamelijk projecten waarin de burger wordt gevraagd om een bevraging in te vullen of te ondersteunen in tellingen.
Het bekendste voorbeeld hiervan is de vogeltelling. Op zaterdag 30 en zondag 31 januari vond ‘Het Grote Vogelweekend’ van Natuurpunt plaats. De burger gaat in de tuin een kwartiertje vogels spotten en turft welke vogel ze zien. Hierdoor beschikt natuurpunt over veel data over de evolutie van de verschillende vogels. De burger heeft naast zijn bijdrage aan deze data en een leuke familiebezigheid, ook kennis over de verschillende vogelsoorten. Dit jaar werden trouwens alle telrecords verpulverd!
Voor de volledigheid: naast de bovenstaande 3 niveaus van burgerwetenschap bestaat ook nog het niveau ‘de burger faciliteert’. Dit niveau sluit aan bij de ‘teller-verzamelaar’, maar in dit geval is er zo weinig interactie met de burger dat we hier niet echt kunnen spreken over burgerwetenschap. Denk maar aan de Recaptcha wanneer je moet bewijzen dat je geen robot bent en alle foto’s met bijvoorbeeld een auto moet aanduiden. Deze data worden dan gebruikt om de AI rond itemherkenning op foto’s te versterken.
De burger is teamgenoot
Op een tweede niveau vinden we projecten waarbij de burgers niet alleen bijdragen aan het verzamelen van data maar ook aan het onderzoeksproces. De deelnemers verwerven zo vaardigheden met betrekking tot het verzamelen van data en leren hoe deze wetenschappelijk te interpreteren/analyseren.
Curieuzeneuzen was één van de bekendste burgerwetenschappen in Vlaanderen. Nu gaan ze samen met 5000 curieuzeneuzen in de tuin de hitte en droogte onderzoeken. Ze willen nagaan hoe groot de impact is van aspecten als inrichting en beheer van je tuin en op welke factoren we zelf een invloed kunnen hebben. Na het plaatsen van een bodemsensor wordt zowel de temperatuur onder, aan en boven de bodem als het vochtgehalte in de bodem dagelijks opgemeten. De burger kan al deze gegevens dagelijks opvolgen en stuurt ook een bodemstaal op.
De burger stuurt
Helemaal bovenaan komen de projecten voor waarbij wetenschappers én vrijwilligers vanaf de start alles samen beslissen. Zo bepalen ze samen de onderzoeksvraag en voeren het onderzoek samen uit. Deze projecten ontstaan hoofdzakelijk vanuit de interesse of vragen van de bevolking.
De meest bekende voorbeelden hiervan kan men terugvinden in de medische sector. Mensen met dezelfde onverklaarbare en/of opvallende symptomen gaan online lotgenoten zoeken voor mogelijke verklaringen en hulp. Deze vinden ze niet direct terug en dus gaan ze medische gegevens verzamelen en wordt er een onderzoek gestart. Momenteel is er zo een Canadees project (Patient Scientist) lopende waarin onderzoekers vragen naar ervaringen met (chronische) pijn en deze ook met een platform bespreken. Zo kan vanuit de burgers bepaald worden wat nu net toekomstige onderzoeksvragen kunnen zijn.
Meer weten?
De onderzoekswereld maakt dus al dankbaar gebruik van burgers om het onderzoek te ondersteunen. Maar voor bedrijven zit er ook heel wat potentieel in. Inschakelen van burgers in je bedrijf, vooral op het niveau van teamgenoten of zelfs aan het stuurwiel, zijn vormen van co-creatie. Blijf dus ‘aan de lijn’, want in een volgende editie gaan we dieper in op de verschillende vormen van co-creatie.