Chitosan, een wondermiddel uit voetjes van paddenstoelen

Kastanje champignon

Kan je nevenstromen van de paddenstoelenkweek nog verder valoriseren door er bio-actieve stoffen uit te winnen? Die vraag onderzocht het CHampITINE-project, een samenwerking tussen VITO, Inagro en stakeholders uit de paddenstoelensector.

Wat er na een champignonoogst achterblijft, de zogenaamde voetjes, kan perfect gebruikt worden als bron van bio-actieve stoffen. Dit is goed nieuws voor champignonkwekers. Hierdoor kunnen ze deze nevenstroom namelijk hoogwaardig valoriseren en dus nog meer circulair gaan werken.

Maar deze nevenstroom is ook interessant voor bedrijven die bijvoorbeeld medische hulpmiddelen produceren, zoals bloedstelpende verbanden. Het voordeel is namelijk dat de chitine die zich in deze champignonvoetjes bevindt zowel lokaal beschikbaar als niet van dierlijke oorsprong is. De meeste chitine/chitosan die nu beschikbaar is, komt uit schaaldieren. In die chitine/chitosan kunnen daardoor nog altijd restcomponenten van schaaldieren aanwezig zijn. Dit kan voor allergische reacties zorgen bij patiënten met een schaaldierallergie. Dat risico vermijden we als we chitine/chitosan uit champignons gebruiken.

Dit kwam allemaal aan bod in het eindrapport van CHampITINE. In dit project onderzochten VITO en Inagro in samenwerking met stakeholders uit de paddenstoelensector of chitine en chitosan ingezet kunnen worden als bio-actieve componenten.

Wat is chitosan?

Chitine vinden we vooral terug in de harde delen van bijna alle weekdieren, kreeftachtigen en insecten, maar ook in algen, schimmels en paddenstoelen. Eind 19de eeuw drong de meerwaarde van chitosan ook in het Westen door. Chitosan is een afgeleide van chitine. Hier wordt het gebruikt in veevoeder, chemie, de agro-industrie, cosmetica en farmaceutische producten. Het heeft dan ook zeer interessante eigenschappen: het is antibacterieel, antioxiderend, ontstekingsremmend, hydraterend, UV-afstotend, het kan een eetbare, beschermende film vormen en nog veel meer.

Planten die behandeld worden met chitosan groeien opvallend sneller en aardbeiplanten die besproeid worden met een oplossing met chitosan zijn veel resistenter tegen ziektes en geven mooiere vruchten. In de beauty-rekken vinden we chitosan vooral terug in cosmetische producten zoals haargel. Door deze kwaliteiten is er steeds meer vraag naar chitosan. Zo zou die volgend jaar de kaap van 110.000 megaton per jaar overschrijden. Op dit moment wordt chitosan vooral toegepast in de cosmetische en farmaceutische industrie, maar eveneens vindt het zijn toepassing in voeding en waterbehandeling.

Levensreddend

Chitosan heeft echter ook een bijzondere meerwaarde in de geneeskunde. Nooit was er meer vraag naar chitosanverbanden dan sinds de oorlog in Oekraïne begonnen is. “De bloedstelpende werking van chitosan in verbanden zorgt ervoor dat levensbedreigende bloedingen in een paar minuten kunnen gestelpt worden”, vertelt Dominiek Viaene van Protex Healthcare. “Toch is er een probleem: het wordt vooral vervaardigd in het Verre Oosten en de VS, wat ons afhankelijk maakt, én het is bijna allemaal van dierlijke oorsprong. Zeg maar: van garnalen, krabben en kreeften. Als je dit bij een patiënt gebruikt die een schaaldierallergie heeft, is de patiënt verloren.”

CHampITINE-project krijgt vervolg

De nood aan chitosan van niet-dierlijke oorsprong die ook lokaal wordt geproduceerd, is dus groot. En dan komt het CHampITINE-project op de voorgrond. In dit project werd gekeken naar de mogelijkheden van het winnen van chitine uit één van de nevenstromen van paddenstoelen, nl. de paddenstoelenvoetjes. Het is perfect mogelijk om ook het mycelium te gebruiken, maar de voorbehandeling daarvan is veel complexer omdat dan alle restanten van dekaarde en groeibodem moeten uitgefilterd worden.

Champignonvoetjes

De Vlaamse paddenstoelenkwekers zijn goed voor zo’n 23.000 ton paddenstoelen per jaar en dat zorgt voor 1.800 tot 5.500 ton nevenstroom die kan dienen als basis voor chitosan. De kastanjechampignon, de oesterzwam en de witte champignon hebben veel te bieden. De Vlaamse paddenstoelenkwekers verleenden dan ook enthousiast hun medewerking aan dit project.

“Het CHampITINE-project is er niet alleen in geslaagd om uit de nevenstroom van champignons chitosan te halen, maar heeft ook het potentieel van het Vlaamse champignonaanbod in beeld gebracht en met alle partijen bekeken of en hoe Vlaamse champignontelers hun nevenstroom kunnen inzetten in de lokale productie van chitosan”, zegt Leen Bastiaens, projectverantwoordelijke bij VITO.

Het werk is nog niet af, maar ook de Vlaamse overheid beseft het potentieel ervan. Daarom heeft de overheid besloten om het VALORCHAMP-project te steunen binnen de Vlaanderen circulaire call. Daarin zal verder bekeken worden hoe paddenstoelenresten kunnen opgewaardeerd worden als ingrediënten voor voeding (spreads, smaakversterkers, proteïnebronnen) en bioactieve componenten.

Meer info of vragen over nevenstromen?

Gus Verhaeghe
innovation manager

Lees ook zeker dit item uit de Radar Insights: