Dymowave met radio-en microgolven in het spoor van Nobelprijswinnaar

François Englert. Kent u hem nog? Een Belg die de nobelprijs fysica won in 2013. We stonden allemaal een beetje beduusd te kijken. Zeker als het plots ging over een theoretisch model met elementaire deeltjes. Bij Dymowave uit Olen hebben ze resoluut de theorie verlaten en voor de weg van het praktisch toepasbare gekozen. Ze bouwen installaties op maat met radio (RF)- en microgolven (MW). Besparingen liggen voor het grijpen. Zomaar, te midden van een elektrisch veld. En wat ontdek je daar nog zoal? Dat zout en vetten ergens onderweg grotendeels overbodig worden. Yes! De nobelprijs naar Olen!

Stijn Olyslaegers, bio-ingenieur en research en development manager bij Dymowave, plaatst een bussel verse kruiden in een van zijn testinstallaties. Hij sluit de deur hermetisch en wijst naar de vermogensmeter. “De wijzer toont aan dat het verbruik evenredig is met de hoeveelheid vocht in de kruiden. In een eerste fase verbruik je dus relatief veel energie omdat er nog veel water aanwezig is. Maar het duurt echt niet lang of de energietoevoer begint automatisch te dalen. Hier maken wij het verschil. Met vele conventionele drooginstallaties blijf je ongeacht het vochtgehalte steeds evenveel energie verbruiken. In onze installatie neemt het energiegebruik tijdens het drogen flink af.”

Stijn vertelt wat we niet kunnen zien: datgene wat zich afspeelt binnenin de RF-installatie. “Het droogproces gebeurt tussen twee lagen elektroden. Daartussen wordt een elektrisch veld opgewekt met een bepaalde frequentie. Bij radiogolven ligt die lager dan bij microgolftoepassingen, maar het principe blijft hetzelfde: het elektromagnetisch veld draagt energie contactloos over op het product. Hoe groter het veld, hoe sneller alles droogt. Het aantal, de soort en de afstand tussen de elektroden in de installatie kan je helemaal zelf regelen. Vandaar dat je ook de energietoevoer goed in de hand kan houden. Uiteraard hangt alles af van het product dat je erin stopt en hoe snel je wenst dat het proces verloopt.” 

“Onze technologische innovaties kunnen bijzonder nuttig zijn voor de voedingsindustrie." Foto: Wouter Van Vaerenbergh

Kurkdroge kruiden 

Hans Gehéniau, managing director bij Dymowave, leest onze verbaasde blik als hij nauwelijks enkele minuten later kurkdroge kruidenstaaltjes in onze handen legt. “Eerlijk is eerlijk. Je kan deze techniek beter niet gebruiken als je moet drogen van 90 naar 10 procent vochtgehalte. De eerste hoeveelheden vocht haal je er dus best op de conventionele manier uit. Wij stappen in het verhaal als je van bijvoorbeeld 10% naar 1% procent wenst te drogen. Dan verhoogt onze techniek overduidelijk de efficiëntie. Ook bij ontdooiprocessen boek je met onze methode flink wat tijdswinst. Neem een stevige homp vlees die gestockeerd ligt bij een temperatuur van -20°C. Versnijden kan pas bij -2°C. Met radiogolven overbrug je moeiteloos die 18 graden in enkele minuten. Een enorme tijdswinst! Zeker een factor 10 ten opzichte van de klassieke ontdooi-technieken, die bovendien vaak erg veel ruimte in beslag nemen.”

De klant hoeft de keuze tussen radio-of microgolven zelf niet meer te maken. Dat is volgens Stijn Olyslaegers na veelvuldig testen bij Dymowave een uitgemaakte zaak. “Voor vloeistoffen gebruiken we steeds de techniek van de microgolven waarbij we het voordeel bieden van een continu proces in buis. Al wat wij door een buis kunnen pompen kunnen we behandelen met microgolven. Voor alle vaste stoffen daarentegen, gebruiken we de radiogolftechnologie.”

Hans Gehéniau is er van overtuigd dat de innovaties van Dymowave vooral heel nuttig kunnen zijn voor de voedingsindustrie. “Door onze RF-installatie te plaatsen in de productiehal van een industriële bakkerij kunnen we koekjes sneller laten drogen. Dat levert een dubbele winst op: er is minder kans op verbrokkeling door een verdere en uniformere droging van het koekje én de productiecapaciteit kan met dezelfde installaties worden opgevoerd.”

Lieselotte Geerts, project manager van Food factory of the future juicht de inspanningen van Dymowave toe: “In Vlaanderen zijn er nog te weinig bedrijven die met technologische innovaties bezig zijn. Dat moet veranderen! Daarom organiseren wij workshops voor producenten die interesse tonen voor die nieuwe technologieën. Zo zorgen wij dat ze nieuwe inzichten verwerven en tegelijk contacten kunnen leggen met bedrijven als Dymowave.”

Alleen door bedrijven te porren om zich te wagen aan technologische vernieuwingen, komt er verbetering in ons voedingsproces.

“En dat is zeker nodig”, vult Hans Géheniau meteen aan. “Onze voedingsmarkt is vrij traditioneel. We moeten de nieuwe technologieën continu onder de aandacht brengen. Noem ons gerust evangelisten. Onze techniek kan producten verbeteren: in smaak, structuur of voedingseigenschappen. Echter, veel voedingsbedrijven zijn bevreesd dat kleine aanpassingen een negatief effect hebben op de verkoop. Het is niet omdat wij het product verbeteren dat zij het ook als een verbetering beschouwen.”

Wat heeft Dymowave dan nodig? Een ontdekking die het groot publiek aanspreekt! Maar alleen als ze blijven zoeken, samen met producenten, kunnen ze concrete resultaten boeken.

Testprogramma

Dymowave in het spoor van François Englert? Foto Wouter Van Vaerenbergh

The proof of the pudding is in the eating. Ook voor producenten van dierenvoeding. Geen probleem. Hans Gehéniau vertelt hoe hij een producent van hondenbrokjes op zijn wenken bediende. “Hij wou een bepaald hittebehandeling geven en bracht hier eerst zelf enkele stalen binnen. Dat is altijd de eerste stap: zo bepalen wij of we een meerwaarde kunnen bieden. Indien dat lukt, zetten we bij de klant een testprogramma op dat moet bepalen hoeveel rendement onze innovatie kan opleveren. Eigenlijk gaat het dus steeds om customer made solutions. Wij bouwen installaties met de aangepaste techniek 'van scratch' op. De gebruikers krijgen ook steeds een adequate opleiding.”

Lieselotte preciseert de noodzaak van een project als Food factory of the future. “We moeten de voedingsproducenten, de grote en de kleintjes, blijven porren. De mogelijkheid om testen uit te voeren helpt daarbij. 'Wat is het effect van de vernieuwing op ons product?', is immers een vraag die steeds terugkeert. Want uiteindelijk weten ze: we moeten innoveren, want onze klanten vragen nadrukkelijk naar gezondere producten, met een betere smaak en een hogere voedingswaarde.” 

Minder vet en zout 

En dan duikt er tussen al die gerichte testen en experimenten plots iets verrassend op. Een verrassing die de publieke opinie zeker kan beroeren en Dymowave misschien in het spoor van François Englert brengt. Iedereen weet dat er te veel vet en te veel zout in onze voeding zit. Een noodzaak blijkbaar voor bewaring en smaak, maar minder interessant voor onze gezondheid. Maar misschien zorgt Dymowave hier wel voor een doorbraak. Stijn Olyslaegers omschrijft het als toeval, of nee, eerder als serendipiteit: het vinden van iets onverwachts en bruikbaars terwijl je op zoek bent naar iets totaal anders.

“Met onze MVH-technologie (Microwave Volumetric Heating) hebben wij vastgesteld dat bij een toepassing op een sausrecept, de zoute smaak na processing was toegenomen, terwijl het zoutgehalte op zich niet gewijzigd was. De logische vraag die daar uit volgt: 'Wat als we minder zout in onze saus kieperen?' Als de zoutsmaak dan ook op hetzelfde peil blijft als het oorspronkelijke product, hebben we echt wel iets nieuws ontdekt. Wij zijn geen universitaire vorsers, maar we zouden toch eens graag laten onderzoeken wat er zich precies afspeelt. Te meer omdat bij een andere toepassing hetzelfde zich voordeed, maar dan met het vetgehalte. Misschien is er een doctoraatstudent die dat wel eens wil bekijken? Als we daar het fijne van weten, kunnen we multinationals zeker overtuigen om bij te sturen. Het zou de gezondheid van ons allemaal ongetwijfeld een pak kunnen verbeteren!” En misschien ook wel een halve wereldbevolking van obesitas bevrijden. Er zijn er die voor veel minder een nobelprijs in ontvangst mochten nemen.