Het Voedingscentrum in Nederland ging na hoe hoog de consument voedselrisico’s inschat en vroeg aan zowel consumenten als voedingswetenschappers om een inschatting te geven van de grootte van de risico’s van verschillende voedingsfactoren op de gezondheid.
Er werd gevraagd een inschatting te geven over het effect op de gezondheid van:
- voedselvergiftiging door bijvoorbeeld onzorgvuldig bewaren en bereiden van voedsel;
- ongebalanceerd dieet (veel calorieën, veel zout, veel tussendoortjes);
- resten van bestrijdingsmiddelen op groenten en fruit;
- milieuverontreinigingen in voeding (dioxines, PCB’s, zware metalen…);
- bij bereiding ontstane gifstoffen in voedingsmiddelen, bijvoorbeeld in verbrand barbecuevlees (procescontaminanten);
- genetische gemanipuleerde voedingsmiddelen (GMO’s);
- E-nummers, toevoegingen zoals kleur- en smaakstoffen, conserveringsmiddelen (additieven);
- gebruik van nanotechnologie in voedingsmiddelen en/of de verpakking van voedingsmiddelen.
De scoreschaal liep van 1 tot 5, waarbij 1 stond voor ‘geen risico voor mijn gezondheid’ en 5 voor ‘zeer groot risico voor mijn gezondheid’. Er was ook een optie ‘weet niet/geen mening’ mogelijk.
Consumenten schatten de voedselrisico’s anders in dan wetenschappers (tabel 1). Bij de consument staan milieuverontreinigingen als nummer 1 bovenaan op de lijst. Op een tweede plaats komt het ongebalanceerd dieet, gevolgd door bestrijdingsmiddelen. Deze top 3 verschilt dus enorm van de top 3 van de wetenschappers. In de ogen van de wetenschappers onderschatten consumenten de gevolgen voor de gezondheid van een ongebalanceerd dieet. Dit in tegenstelling tot de voedselrisico’s ‘milieuverontreinigingen, bestrijdingsmiddelen, additieven en GMO’s’, waarvan de consument de risico’s erg hoog inschatten.
Tabel 1. Gemiddelde waarden van scores van de inschatting door consumenten en wetenschappers van de grootte van het voedselrisico van de genoemde factoren. 1 = geen risico voor mijn gezondheid; 5 = zeer groot risico voor mijn gezondheid; * = significant verschil (p<0,05) tussen gemiddelde score van de wetenschapper en de gemiddelde score van de consument (Student’s t-test).
Consumenten (n = 2005) | Wetenschappers (n = 62) | ||
1 | Milieuverontreinigingen (3,10)* | 1 | Ongebalanceerd dieet (3,81)* |
2 | Ongebalanceerd dieet (2,94)* | 2 | Voedselvergiftigingen (3,11) |
3 | Bestrijdingsmiddelen (2,92)* | 3 | Procescontaminanten (2,81) |
4 | Procescontaminanten (2,91) | 4 | Nanotechnologie (2,54) |
5 | Voedselvergiftigingen (2,80) | 5 | Milieuverontreinigingen (2,42)* |
6 | Additieven (2,68)* | 6 | Bestrijdingsmiddelen (1,90)* |
7 | GMO (2,59)* | 7 | Additieven (1,67)* |
8 | Nanotechnologie (2,58) | 8 | GMO (1,67)* |
Verklarende termen
Nanotechnologie = het bestuderen, maken en gebruiken van materialen op een schaal van ongeveer 1 tot 100 nanometer (1-100 van een miljardste meter)
Bron
Peters, S. & Breedveld, B. (2009). Onderzoek naar perceptie van de consument: Verkeerde inschatting van voedselrisico’s. Voeding nu, 10, 12-14.