Vijf methoden van sensorische evaluatie vergeleken

sensoriek

Vijf methoden van sensorische evaluatie, waarvan drie gebaseerd op acceptatie van een product, en twee op onderlinge voorkeuren, werden vergeleken in hun efficiëntie en discriminerend vermogen.

Methoden die gebaseerd zijn op de mate van acceptatie van een product (acceptatietesten) bestaan uit het geven van een bepaalde score aan bepaalde eigenschappen. Bij preferentietesten wordt de mate van appreciatie van producten beoordeeld ten opzichte van elkaar. Vijf methoden werden in een onderzoek vergeleken en beoordeeld op hun discriminerend vermogen en efficiëntie, met inbegrip van factoren zoals praktische organisatie, aantal noodzakelijke stalen en vereiste testcondities. Hieruit blijkt dat, hoewel voor alle methoden er significante verschillen werden gevonden tussen de stalen, het grootste onderscheid werd gemaakt voor de preferentietesten.

De onderzochte acceptatiemethoden zijn de 9-punten hedonische test, de gelabelde affectie-magnitude en de ongestructureerde lijnschaal. Als preferentiemethoden werden de beste/slechtste vergelijking en de preferentierangschikking getest. Voor alle testen werden 6 stalen onderling vergeleken.

9-punten hedonische test:

 

Per staal moet de mate van acceptatie aangeduid worden op een schaal van 1 tot 9:

9 extreem goed
8 zeer goed
7 matig goed
6 een beetje goed
5 noch goed noch slecht
4 een beetje slecht
3 matig slecht
2 zeer slecht
1 extreem slecht

Gelabelde affectie-magnitude:

 

 

Ongestructureerde lijnschaal:

Zeer slecht   -------------------------------------  Zeer goed

Beste/slechtste:
 

Hierbij moeten de testpersonen uit een reeks producten hun meest favoriete en minst favoriete keuze aanduiden.

Preferentierangschikking:
 

Hierbij moeten de testpersonen een reeks producten rangschikken van meest favoriete naar minst favoriete keuzes.


De vijf methoden waren allen even makkelijk in gebruik voor de testpersonen, en gaven voldoende accurate informatie wat betreft de voorkeurspatronen van de testpersonen. Organisatorisch gezien, en qua aantallen te beoordelen stalen, was de beste/slechtste schaal het minst gebruiksvriendelijk, gevolgd door de preferentierangschikking. De preferentieschalen, en dan vooral de beste/slechtste schaal, gaven echter een betere discriminatie tussen de stalen dan de acceptatietesten.

Voor de selectie van een testmethode moet dus rekening gehouden worden met het aantal stalen, het product type en doelstelling van de test.

Bron

Hein KA, Jaeger SR, Carr BT, Delahunty CM (2008) Comparison of five common acceptance and preference methods. Food Quality and Preference, 19( 7):651-661.